Columns > Ssst, het is Mariamaand

Ssst, het is Mariamaand

Mijn vrouw en ik deden al meer stadswandelingen met gids dan u mijn stukjes las. Leeuwarden, Deventer, Oxford, Edinburgh, Krakau, Bath – het is slechts een greep uit de stadscentra waarbij we achter een enthousiaste dame of heer sjokten en allerlei jaartallen in ons opslokten en subiet weer vergaten. En dan deed mijn vrouw ooit nog Groningen zonder mij en ik Delft zonder haar. Beide wandelingen waren zo slecht begeleid dat we er allebei erg smakelijk over kunnen vertellen. In Groningen had Nederland dertien provincies en in Delft werd volgens de gids een toren heel bijzonder gebouwd – ‘Ze begonnen onderaan en eindigden boven, en dat in die tijd!’ En daarna zei de Delftse gids dat we naar Amsterdam moesten. ‘Veel mooier dan dit hier.’

Wat we nog niet eerder deden was een stadswandeling met gids in het nabijgelegen Den Bosch. Het moest er maar eens van komen, vonden goede vrienden. Dus met zijn viertjes gingen we naar Den Bosch, aten om er in te komen een Bossche bol en meldden ons bij het kantoor van De Kring Vrienden van ’s-Hertogenbosch. Daar staan gidsen te popelen om toeristen en mensen zoals wij aan de hand te nemen. Ze hebben daarvoor de pittige opleidingen Boschlogie I, II en III gevolgd en dat doet amper onder voor een opleiding tot hersenchirurg (één jaar klinische neurologie en vijf jaar neurochirurgie). Zowel voor stadsgids als hersenchirurg is de belangstelling groot – Kring Vrienden heeft een wachtlijst.

 

Onze gids is Hans en Hans neemt ons mee naar de Parade. Aan de Parade zijn kroegen, staat een kathedraal en is er zowat elk weekeinde een evenement. En als dat evenement zelf geen overlast bezorgt, dat is het wel de op- en afbouw daarvan. Zoals deze zaterdag.

Vandaag is de opbouw van de Vestingloop aan de beurt. Hans vertelt over de Sint Jan. ‘Laat ik jullie vertellen over de eerste kerk op die plek. Een Romaanse kerk, daterend…’

Er schalt muziek vanaf een podium in aanbouw. House. Hans vraagt of het even met wat minder volume mag.

‘Het was een katholieke kerk, maar toen kwam Frederik Hendrik in 1629 en…’

Een vrachtwagen rijdt langs. De vrachtwagen maakt herrie en de chauffeur zegt dat we in de weg staan. We schuiven op.

‘Het werd een protestante kerk en dat bleef zo tot Napoleon in…’

Een heftruck komt rammelend voorbij.

‘Het duurde tot halverwege de negentiende eeuw dat de katholieken weer…’

Er wordt geboord. Of nee, geschroefd. Met een schroefmachine en die schroefmachine maakt kabaal.

‘En toen rond 1850 is de restauratie dus begonnen. Nog vragen?’ Of we in de Sint Jan mogen. ‘Niet met een gids. Want het is Mariamaand en dan zijn groepen met gidsen niet welkom. Dat verstoort de rust.’