Columns > Popmarketing

Popmarketing

‘En ik kan me niet eens omdraaien in mijn graf,’ zei Adele. Ze bulderlachte om haar eigen grap. Haar manager zat tegenover haar. Hij glimlachte, maar het zag er een beetje zuur uit. Dat was niet voor niks, hij had zojuist op zijn kop gekregen van de grootste zangeres ter wereld.

 

‘Jij zei dat de introductie van mijn cd 25 de beste marketing ooit was in de popgeschiedenis,’ was ze het gesprek begonnen. ‘Dat hoe mijn cd werd geïntroduceerd zo groots en bijzonder was, dat niemand er overheen kon.’ Toen had hij nog heftig en trots geknikt. Denkend dat er een compliment kwam.

‘Ik wil de manager van Bowie,’ ging Adele verder. En toen wist hij genoeg. Want nee, dáár was hij niet opgekomen. Een dag of twee na de cd-lancering overlijden. Dit was het meest fenomenale marketingidee ooit. Daar stak die dertig seconden Hello tijdens een bioscoopreclame ontzettend oubollig en zelfs amateuristisch bij af.

‘Ik beloof je,’ hoorde hij zichzelf zeggen, ‘dat we er overheen gaan. Echt.’

 

Adele trok een wenkbrauw op. ‘Vooruit. Ik geef je een laatste kans. Ik heb gisteren het vervolg op Hello opgenomen. Goodbye heet het. Bedenk jij maar iets dat de introductie van de cd Blackstar van Bowie doet verbleken.’

De manager knoopte zijn colbert open, haalde een pistool uit de binnenzak en loste een schot.