Columns > Ontbijt

Ontbijt

Het is kwart over acht ‘s morgens en dus zit hij voor een bord met witte bonen in tomatensaus. Waarin ook nog een paar worstjes drijven. In de ontbijtzaal van het Engelse hotel is het nog rustig. Zijn vrouw zit tegenover hem en zegt dat zij nu even met een bord langs het buffet gaat. En of hij dan even op de kleine wil letten.

Ze hebben een baby, ik gok een maand of zes. En verder hebben ze ruim vallende trainingsbroeken, T-shirts en tatoeages in halzen, op armen en vast ook op plaatsen die onder die broeken en shirts verborgen blijven.

De vrouw geeft de baby over aan de man. Hij pakt het kind aan, legt het in de wandelwagen naast hun tafel en vraagt of ze voor hem toast mee neemt. Twee sneetjes, graag aan twee kanten geroosterd.

Zodra ze is opgestaan, begint de baby te huilen. Vader probeert met de ene hand te eten en met de andere de wandelwagen te schommelen. Schommelen maakt baby’s rustig, weet hij. Dat heeft hij van horen zeggen of van het kijken naar zijn vrouw – hij heeft het in ieder geval niet uit persoonlijke ervaring. Hij schudt de wandelwagen aritmisch heen en weer en dat werkt averechts. De baby huilt harder en harder en de vader laat zijn ogen naar links en rechts gaan, vast en zeker zoekend naar zijn vrouw. Die niet te zien is. Tussen tafel en buffet staat een scherm.

Het duurt een minuut of vijf en dan is ze er toch. Met één bord voor zichzelf en eentje voor haar man. Met toast. ‘Waar bleef je zolang?’ vraagt hij. ‘De toast. De toast duurde lang,’ zegt ze. Daarna zwijgen ze. Hij eet door en zij haalt de baby uit de wandelwagen. Het kind huilt nog eventjes door, maar wordt dan rustig. Ze legt het kind terug in de wagen, waar het huilen opnieuw begint. De moeder kijkt om zich heen en besluit dat ze de paar andere gasten in de ontbijtzaal niet tot last wil zijn. Het kind wordt weer op de arm genomen.

De vader is inmiddels klaar met eten. Moeder legt de baby tegen haar lijf. Het hoofdje kruipt weg in moeders hals. Ze schuift al zittend de stoel iets van de tafel en vindt zo de ruimte om de baby, met de handen onder de billetjes, loom en dit keer wel ritmisch te wiegen. Tegen de tijd dat het kind rustig is, neemt ze haar eerste hap. Die is koud.

‘Zullen we dan maar gaan?’ besluit de vader. Samen verlaten ze de ontbijtzaal. Vader voorop, moeder met wandelwagen daar achteraan.