Empe zelfstandig
Empe heeft ongeveer 660 inwoners en een treinstation. Het station heeft één perron, een wachthuisje, kaartautomaat, fietsenstalling en wc – die wc zorgt ervoor dat het dorpje ook een openbaar toilet heeft (vijftig cent per poep- of plasbeurt). Kom er maar eens om in bijvoorbeeld Brummen, de grootste kern van de gemeente waar Empe bij hoort. Plassen kan daar in twee winkels en het gemeentehuis, maar alleen tijdens openingstijden.
Ik was gisteren in Empe om een debat te leiden over de mogelijke fusie van Brummen met Zutphen of Rheden. In Empe vinden ze fuseren met een van die plaatsen maar niks. Ze willen liever bij Voorst. Dat ligt dichterbij. Dat de debatleider Van Voorst heet, vinden ze trouwens geen reden. Maar wel grappig.
Veel mensen in de bomvolle zaal van verenigingsgebouw ’t Oorveld wilden trouwens dat Brummen zelfstandig blijft en vinden het maar flauwekul dat daarvoor de ‘bestuurskracht’ zou ontbreken.
Waar het niet over ging: een soort van ‘Akte van verlating’ door Empe. Empe als zelfstandig gemeente, eventueel samen met het nabijgelegen Tonden. Samen duizend inwoners. Dat is meer dan Schiermonnikoog en dat eiland is wél een gemeente. En verder zijn er veel landen met gemeenten die nog veel kleiner zijn dan het dorp Empe. Neem Frankrijk. Frankrijk telt bijna 35.000 gemeenten en Empe-Tonden telt twee keer zoveel inwoners als bijna de helft van die Franse lokale overheden. En ja, de taken en verantwoordelijkheden van een Franse gemeente lijken in de verste verte niet op die van een Nederlandse. De maire van een gemeente van vijf straten is vaak tevens postbode of kruidenier en met jeugdzorg of Wmo houdt hij of zij zich niet bezig. Maar Brummen koopt dit soort sociale zaken ook met andere gemeenten samen in. Zoals ook de omgevingsdienst, GGD, leerlingenvervoer en een lange rij andere zaken met buurgemeenten worden geregeld.
Een gemeente van duizend inwoners is dankzij samenwerking en uitbesteden efficiënt en tegelijkertijd heel nabij, precies zoals het bedoeld is toen het fenomeen gemeente werd bedacht. ‘Wat zegt u, doet de straatverlichting voor de deur van Dorpsstraat 6 het niet? Ik pak de trap en de gereedschapskist en kom er aan,’ zegt de burgemeester en gaat op pad.
Zowat een derde van de Empenaren zat gisteren in het lokale verenigingsgebouw (ja, dat hebben ze ook al) en de dames en heren gaven er blijk van dat ze hun zaakjes prima zelf kunnen regelen. Een vrachtwagenchauffeur liet weten dat ie harder kan werken dan de gemiddelde ambtenaar (‘En ik ben ook nog eens een man van de klok. Afspraak om tien uur? Ik ben er om kwart voor tien’), enkele heren hadden de toeristische rampspoed van een zogeheten Klompenpad met een hoop assertiviteit weten te voorkomen (Het idee daarvoor kwam destijds ‘keihard binnen’ in Empe, aldus een lid van de dorpsraad in de regionale krant) en dan is er nog dat station – het gemeentelijk mobiliteitsplan is dankzij de treinverbinding en een buurtbus in een half uur geschreven. Verbeteringen zijn trouwens mogelijk, blijkt uit een bericht van een Empenaar op het Stationsweb: ‘Als je in Empe woont en je komt net aanlopen als de trein er ook aan komt, ben je al te laat want als de trein nog moet stoppen zijn de spoorbomen al dicht!!!’
Minstens zo kwalijk: Empenaren die een brief op de post willen doen, moeten helemaal naar Tonden. Genoeg te doen dus voor het gemeentebestuur van Empe.