Columns > Een mooi gedicht

Een mooi gedicht

Als u net als ik niks met poëzie hebt, koop vandaag De Groene Amsterdammer. Begin achteraan en blader terug. Pagina 60. Daar moet u zijn. Een artikel over Menno Wigman. Die is dichter en dood. Hij schreef, las ik vandaag, melancholisch en zwaar.

Ik heb geen idee. Ik las nog nooit iets van hem.

Tot gisteren. Want bij een artikel over de dode dichter stond een gedicht van hem: ‘Glazenwasser ziet schilderijen’. Ik ga het hier niet inplakken, want weet niet of dat mag – ik wil geen gedoe met de erven Wigman. Gewoon dat blad kopen en lezen. Ook als u, zoals ik, weinig heeft met dichtkunst en het al snel onbegrijpelijk of moeilijk vindt. Een mooi gedicht is het. De glazenwasser fantaseert van het te bewassen raam op de zevende verdieping een schilderij en hoe het verder gaat moet u dus zelf maar lezen. ‘Daar kruipt al zonlicht in mijn lijst’, eindigt het.

Ik bedacht er gisteravond al lezend een melodie bij en dat leidde tot niks – ik ben nog minder muzikaal dan ik gedichtenkenner ben. Maar ik weet wel zeker dat ‘Glazenwasser ziet schilderijen’ met een piano erbij een breder publiek zou kunnen trekken.

 

Terwijl ik dat bedacht, stond de televisie in huis aan. Ik keek niet, want las – maar hoorde Humberto Tan over carnavalskrakers en dat je daar met wat kleine aanpassingen werkelijke mooie chansons of luisterliedjes van kunt maken. Er kwamen voorbeelden voorbij. Heel traag, met alweer een piano, hoorde ik een mij onbekende zanger zingen. ‘Weet je, weet je wat ik graag zou willen zijn?’

Er werd gelachen daar op televisie. Ik vond het mooi. En moest denken aan André van Duin.

André van Duin, ja. Die maakte vier decennia terug elke zaterdag een kolderiek radioprogramma. Een en al kakofonie. Wat ze daar in 2018 bij RTL Late Night deden, had hij in de jaren zeventig al bedacht. Zonder muziek, maar daarom des te poëtischer. De luisteraar hoorde de herkenningsmelodie van het toen populaire programma Candlelight – in dat programma werden gedichten van luisteraars voorgelezen. Van Duin imiteerde de stem van de presentator van dat programma. ‘En dan komt er nu een gedicht van Ria. De titel: Leo.’

 

Leo, je bent vannacht weer 

dronken 

geweest

Je ging me daar te keer als 

een beest 

 

Wat ben je toch een 

 

Leo, je stapte pas om vier uur

in bed

Je had niet eens

je hoed

afgezet