Columns > Een conceptuele fabriek

Een conceptuele fabriek

Wat er ook gebeurt bij de Verkadefabriek in Den Bosch: er worden geen koekjes gebakken. Zoals er bij de Gruijterfabriek geen blikjes worden gevuld die daarna in supermarkten in de schappen staan. En bij de Jamfabriek in diezelfde stad is geen aardbei te bekennen. Verder is er in Rotterdam een Van Nellefabriek zonder shag, in Tilburg een AaBe fabriek waar geen dekens worden gemaakt en is er in Zaandam staat ‘De Fabriek’ en daar wordt dus ook niks gefabriceerd.

Fabrieken zijn in Nederland hippe, nieuwerwetse locaties met roestige pilaren die plafonds ondersteunen waaraan grote buizen hangen. Aan de muren hangen foto’s van hoe het vroeger was – toen er in Nederland nog koekjes, jam en blikken werden gemaakt. In die fabrieken worden nu websites gemaakt, straattheatervoorstellingen bedacht en er worden maaltijden verkocht zonder gluten. Dat is heel fijn, want 0,1 procent van de Nederlanders is gediagnosticeerd als allergisch voor gluten. Glutenvrije producten zijn dus booming.

 

Ik was gisteren in een hal waar een paar decennia geleden stoere kerels in blauwe overalls vol vlekken dingen maakten en repareerden. Het was in Tilburg en daar hingen lang geleden locomotieven in kabels en daar werden dan wielen van vervangen en dat soort dingen.

Ik zat met mijn vrouw en schoonmoeder aan een klein tafeltje. Elke stoel had een andere kleur en er liep een dame rond met een dienblad en die dame haalde glazen en borden op. Ik wilde die mevrouw vragen om een sinas, een jus d’orange en een biertje, maar de mevrouw vertelde me dat ze daar in die fabriek een concept hadden. ‘Ik haal alleen maar op en als u wat wilt bestellen, moet u zelf naar de bar. Dat is ons concept.’

Het concept ging nog verder, want er waren veel bars. ‘Voor frisdrank en wijn moet u daarginds zijn. Maar voor het bier moet u aan de andere kant zijn. En wilt u wat eten? Links kunt u borrelhapjes bestellen. En achter u is de plek voor friet en zo. Dus ja, u  moet een rondgang maken langs verschillende toonbanken en barretjes. Dat hoort allemaal bij ons concept.’

Bezorgd vroeg ik me af of ik mijn auto, honderd meter verderop, wel goed had geparkeerd. Die auto stond op wat ‘Parkeerplaats’ heet, maar ineens besefte ik dat een parkeerplaats vast van alles is behalve een parkeerplaats. Het was waarschijnlijk een podium voor nog niet doorgebroken stand-up comedians, een eethuis voor wie allergisch is voor linksdraaiende yoghurt of een concept voor wie onbespoten tomaten wil combineren met biologische mozzarella. Wat het ook zou zijn, het was vast geen parkeerplaats.