Columns > Een afgehakte arm in de pub

Een afgehakte arm in de pub

The haunch of venison’ had er als pub al vier eeuwen opzitten toen de vaste gasten ergens in de achttiende eeuw een nieuwkomer zagen binnenkomen. Inmiddels zijn er nog drie eeuwen verstreken, maar wat nu volgt is nog steeds algemeen bekend in Salisbury, Engeland. Net zo bekend als de zaak van de vergiftiging van de Russische spion en zijn dochter.

 

De locals keken even de kat uit de boom, maar de gast van buiten de stad leek zo’n kwaaie nog niet. Er volgde aan de toog een niet ongezellig gesprek en daarna kwam de man met het voorstel een spelletje kaart te spelen. Nou vooruit, dat wilden die van Salisbury wel. Het beloofde een leuke avond te worden, want de gast verloor het ene na het andere potje. Tot ineens het geluk aan zijn zijde leek. Potje na potje won hij, de Engelse penny’s en ponden vlogen zowat zijn kant op.

U voelt hem al: de vreemdeling speelde vals. Eén van de spelers ontdekte het – hij zag hoe een kaart uit de mouw van de slechterik stak. De lokale slager wist er wel raad mee. Zijn slagerij was nog geen minuut lopen van de ‘The haunch’ en dus was hij binnen twee minuten terug. Met een hakmes.

 

De botten van de afgehakte arm liggen al een eeuw of drie achter glas in het café, zo vertellen ze daar in Salisbury graag. Wat niet helemaal waar is: een jaar of vijf geleden werd ‘the skeleton arm’ gestolen en sindsdien ligt er achter dat glas een replica.

Wat dan weer wél spannend is: de originele arm was al vaker een tijdje weg, maar werd dan weken later ergens in de kroeg teruggevonden. Zoals er tot op de dag van vandaag nog steeds regelmatig dingen van de kroeg verdwijnen en weer terugkeren. Iedereen daar in Salisbury weet wie de dader is – juist ja, de valsspelende kaartspeler. Zo nu en dan zien personeelsleden hem, als ze ’s morgens in alle vroegte de zooi van de avond daarvoor opruimen. Dan loopt ie als schim voorbij, met zijn afgehakte arm. Of nee, zonder die arm.

 

En dan is er nog het verhaal van de tunnel. Vanaf de kerk is de afstand naar de pub net zo groot als vanaf de slagerij, maar meneer pastoor vond het eeuwen geleden toch niet zo’n goed idee als parochianen hem daar binnen zagen gaan. Zo zou de tunnel zijn bedacht. Daar in Salisbury weten ze zeker dat die tunnel bestaat, al zijn de ingangen zowel in kerk als pub tot op de dag van vandaag niet teruggevonden.

Het is onwaarschijnlijk dat het verhaal op waarheid berust. De waterstand is in het op drassige grond gebouwde Salisbury zo hoog, dat zo’n onderaardse gang al snel net zo nat zou zijn als een Thaise grot in de moessontijd.

 

Salisbury heeft gelukkig een nieuw spannend verhaal en dat is wel waar. Ze wijzen het restaurant graag voor u aan, waar de Rus en zijn dochter uit eten gingen. En ze rekken de affaire ook graag – dichtbij het centrum, een blok verder dan waar de schrijver van dit stukje sliep, is maanden later nog steeds een hele straat afgezet. Drie witte politietenten staan er en ook nog eens een groene kantoorcontainer van slachtofferhulp.

De agenten bij de afzetting leggen u graag uit waarom. ‘De vergiftigingszaak, het onderzoek loopt nog.’