Columns > We moeten naar Szentendre

We moeten naar Szentendre

We moeten naar Szentendre. We nemen Schijndels bier van brouwerij Sint Servattumus mee. Maar ook Rooise klompen en dozen vol Veghelse Marsen. Die schenken we aan de bestuurders daar. En dan vragen we of ze met ons willen jumeleren.

Szentendre heeft wat weg van Meierijstad. Iets meer dan 80.000 inwoners, verdeeld over dertien kernen. Het ligt in Hongarije. En we moeten er naartoe.

 

Stedenbanden werden bedacht na de Tweede Wereldoorlog. Als mensen uit verschillende landen elkaar beter leerden kennen, dan zouden ze vast geen zin hebben elkaar de hersenen in de slaan – dat was het vredelievende idee achter de jumelages.

Maar hoe gaan die dingen? Als de oorlog al heel lang verleden tijd is, dan wordt vrede zo vanzelfsprekend – om daar nou steeds voor heen en weer te reizen met flesjes bier, klompen en repen chocolade met karamel. De klad kwam erin. Dappere pogingen werden ondernomen om met andere doelen er nieuwe energie in te pompen. Banden met plaatsen in Afrika bijvoorbeeld, opdat wij ons betrokken zouden gaan voelen bij de mondiale strijd tegen armoede en analfabetisme. En, een stuk minder onzelfzuchtig – banden met steden waar economisch gewin van werd verwacht.

Je moet wat, als vrede vanzelfsprekend lijkt.

 

U voelt vast al waar ik naartoe wil. Naar Szentendre, inderdaad. Maar meer nog: naar een band met een plaats die op papier wat weg heeft van Meierijstad. Een plaats, die net als Meierijstad in de Europese Unie ligt. Een plaats die letterlijk en vooral figuurlijk nogal aan de andere kant van die unie ligt.

Hongarije loopt voorop in een ontwikkeling die we al lange tijd niet meer voor mogelijk hielden in Europa. In Hongarije wordt schijnbaar moeiteloos afscheid genomen van persvrijheid, opvang van vluchtelingen, gelijke rechten voor minderheden (Roma in het Hongaarse geval), van solidariteit, samenwerking en van democratie. Vandaar is het nog maar een klein stapje om het vredesexperiment, dat de EU is, in stukken uiteen te laten vallen.

And the rest is – nee, becomes history.

 

We hebben daarmee weer een reden om ons actief in te zetten voor welzijn, voorspoed, medemenselijkheid en vrede. Voor Europa dus. We hebben weer een reden om te jumeleren.

We moeten naar Szentendre.