Columns > Scheurgras

Scheurgras

Het was mijn bedoeling een stukje te schrijven over dat het doemdenken vat op mij heeft gekregen. Al tikkend, hertikkend en zoekend naar informatie kwam ik in een ander verhaaltje terecht.

Mijn oorspronkelijk betoogje bewaar ik voor een ander keer – de korte versie is dat de klimaatverandering en ander milieu-onheil wel degelijk onze eigen schuld is én dat we er tegelijkertijd niks aan kunnen doen. Iets met ‘zo zit de mens nu eenmaal in elkaar’. De lange versie komt binnenkort.

 

Mijn stukje zou dus over doemdenken gaan en ik ben oud genoeg om te weten dat Kees van Kooten en Wim de Bie, Koot en Bie voor fans, dat woord bedachten. Wanneer introduceerden ze dat woord en in welke context, vroeg ik me al desk researchend af.

Internet weet alles: 1980, het begin van de jaren waarin volgens Doe Maar en de rest van de wereld de bom zou vallen en ik (echt waar) een week lang amper kon slapen nadat ik The Day After had gezien – een film over de schijnbaar onafwendbare rampspoed van een kernoorlog.

Al zoekend kwam ik op een pagina van Wikipedia vol neologismen (nieuwe woorden en begrippen) van Koot en Bie, de koningen van de taal. Doemdenken stond vanzelfsprekend op die pagina. Net als regelneef en geilneef, scheurgras, jemig de pemig, zwijgstront en de pareltjes ‘En wel hierom’ en ‘Van die dingen, ja’.

Maar wat ik niet wist, is dat Koot en Bie ook de bedenkers zijn van het begrip ‘de tuin winterklaar maken’. Ik dacht tot gisteravond dat dit een gewoon hoveniersbegrip was.

Niet dus. Het is als cabareteske nonsens in 1979 opgevoerd in een van de prachtigste sketches van het duo. Als Jacobse en Van Es maken ‘Kees en Wim’ een wat sneue oudere dame (gespeeld door de moeder van Remco Campert) wijs dat de tuin winterklaar moet worden gemaakt. Waarbij Van Kooten al snel veinst dat het gazon is behept met scheurgras en de coniferen met takkenschurft. Voor een schappelijk prijsje halen de twee de zieke coniferen weg. Om ze vervolgens aan de buren te verkopen.

 

De tuin winterklaar maken. Dat is dus geen logische of vanzelfsprekende onderhoudsbeurt voor tuinen, het is een humoristisch bedenksel. Maar doe, veertig jaar nadat we kromlagen om dat begrip, wat ik zojuist deed: tik het in het zoekschermpje van uw browser.

241.000 hits. En die gaan amper over Koot en Bie. ‘Oktober is bij uitstek de maand om de tuin voor te gaan voorbereiden op de naderende winter’, staat er onder het kopje ‘10 tips om uw tuin winterklaar te maken in oktober’ op de website van een hovenier. Op een andere website is te lezen dat het winterklaar maken van de tuin dan wel nodig is, maar niet veel tijd hoeft te kosten. Al lezend bedenk ik een hoofdschuddende tuinman in mijn achtertuin. ‘Takkenschurft, overduidelijk takkenschurft.’

Ik scrol door de websites en stel vast dat naar omzet hunkerende tuinmannen het begrip tientallen jaren geleden hebben gekaapt en transformeerden tot een gewiekst verdienmodel.

‘Mag ik een teiltje?’