U belt iemand op zijn of haar werk. Maar hij of zij is er even niet en dus krijgt u iemand anders aan de telefoon. Lees wat u te horen krijgt en bepaal wat u een geloofwaardige tekst vindt.

Eén. ‘Goedemiddag, met Ineke. U wilt Theo spreken? Wat jammer nou, mijn collegaatje is even van zijn plek. Ik verwacht dat hij over een uurtje weer achter zijn bureau zit, hier op het secretariaat.’

Twee. ‘Goedemiddag, met Bart. U wilt Trudy spreken? Wat jammer nou, mijn collegaatje is even van haar plek. Ik verwacht dat zij over een uurtje weer achter haar bureau zit, hier op het secretariaat.’

Drie. ‘Goedemiddag, met Ineke. U wilt Trudy spreken? Wat jammer nou, mijn collegaatje is een open hartoperatie aan het uitvoeren. Ik verwacht dat ze er over een uurtje weer is.’

Vier. ‘Goedemiddag, met Ineke. U wilt Trudy spreken? Wat jammer nou, mijn collegaatje is even van haar plek. Ik verwacht dat ze over een uurtje weer achter haar bureau zit, hier op het secretariaat.’

U bent er meteen uit. Citaat 4 is het meest geloofwaardig. Maar waarom?

In citaat 1 spreekt Ineke en Ineke noemt collega Theo een collegaatje. Dat is raar. Ineke is een vrouw en dus noemt ze alleen vrouwelijke collega’s collegaatjes. En dan nog niet eens alle vrouwelijke collega’s, zo blijkt zo dadelijk.

In citaat 2 is de spreker een man. En geen man peinst er maar over een collega een collegaatje te noemen. Alleen vrouwen kleineren collega’s van gelijke sekse. Want alleen vrouwen durven te bedenken dat vrouwen met een baan niet al te serieus moeten worden genomen. Alleen vrouwen noemen mannelijke collega’s collega’s en de meeste vrouwelijke collega’s collegaatjes.

Op naar citaat 3. In citaat 3 noemt een vrouw haar collega een collegaatje. Maar toch wringt het. Want dat collegaatje voert een open hartoperatie uit. En chirurgen zijn geen collegaatjes. Collegaatjes bestellen nietjes, vullen het papier aan in de copier en beheren hooguit de agenda van de chirurg. Collegaatjes doen dingen die moeten gebeuren, maar er qua status niet toe doen. Collegaatjes gaan op tijd naar huis. Want de kinderen.

Citaat 4 is het meest geloofwaardig. Want in citaat 4 neemt een vrouw haar net zo vrouwelijke collega niet serieus en wordt zij gedegradeerd tot een collegaatje. In citaat 4 metselt Ineke een glazen plafond. Bart en Theo uit citaten 1 en 2 staan erbij en kijken ernaar.